“Verder met de helft, Anne’s nieuwe boek, gaat over de strijd tegen het epilepsiemonster van Pepijn. Hij blijkt namelijk een zeldzame vorm te hebben waarbij er vrijwel voortdurend epileptische activiteit is. Van volle kracht vooruit, gaat het leven van Anne en haar gezin in 1 jaar tijd vol op de rem. Uiteindelijk adviseert de Neuroloog om de linkerhersenhelft van Pepijn ‘uit’ te zetten. Dit boek beschrijft de weg naar het punt waarbij Anne Pepijn zo lang mogelijk weg heeft willen houden, maar wat gaandeweg onvermijdelijk wordt. Pepijn ondergaat de hersenoperatie en leeft ‘Verder met de helft’… Hoe dat gaat, lees je in dit boek. Ik vind dit boek ‘een zorgintensieve pageturner’. Onvoorstelbaar wat dit gezin meemaakt en voor welke keuzes zij komen te staan. Hoe ze daar mee omgaan dwingt diep respect af. Anne raakt me met haar verhaal én met haar manier van schrijven. Vastberadenheid, zorgen, liefde, tranen en humor wisselen elkaar af. Je wordt er helemaal ingezogen. Je beleeft het verhaal door Anne’s ogen en toch slaagt ze erin Pepijn het stralende middelpunt te laten zijn. Fragmenten als deze maken Pepijn het heerlijke joch én de held die hij voor mij is: “Maar liefje, als je zou mogen kiezen hè, tussen alles zo laten zoals het nu is óf een operatie waarmee we de epilepsie proberen te stoppen, wat wil je dan?” Pepijn moet hier even over nadenken en kijkt me vragend aan. “Hoef ik dan geen medicijnen meer” “Dat durf ik niet te beloven, schatje. Maar als we niets doen moet je ze zeker wél blijven slikken,” antwoord ik. Hij staart uit het raam. “En als ik voor de operatie kies, is het dan niet meer druk in mijn hoofd?” Ik knik en zeg dat dat wel is wat we gaan proberen. “Ok…” zegt hij en zucht. Hij draait zijn hoofd naar me toe, kijkt me recht aan en knikt vastberaden. “Ok, mamma. Dan wil ik het proberen.”